Jaarrekening 2020

Gebeurtenissen na balansdatum

Na het afsluiten van het boekjaar 2020 deden zich geen ontwikkelingen voor die de hoogte en samenstelling van de balans per balansdatum aanzienlijk beïnvloeden.

Grondslagen van waardering en bepaling van het resultaat

Bij het opstellen van de jaarrekening volgen we de regels van het Waterschapsbesluit en de Regeling beleidsvoorbereiding en verantwoording waterschappen (BBVW). Deze jaarrekening heeft betrekking op de gegevens over 2020. Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. De activiteiten en kosten van waterschappen zijn gefinancierd door een omslagstelsel en tarieven. Daardoor lopen wij, rekening houdend met de impactanalyse, geen risico ten aanzien van de continuïteit.

Consolidatie

In de jaarrekening 2020 heeft op grond van wettelijke verslaggevingsregels geen consolidatie plaatsgevonden van de balansen van Wetterskip Fryslân en Wetterskip Fryslân Deelnemingen BV.  

Vaste activa

Immateriële vaste activa

Immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen vervangings- of verkrijgingsprijs. Onder immateriële vaste activa zijn de bijdragen aan activa in eigendom van derden betreffende het Hoogwaterbeschermingsprogramma opgenomen. Deze bijdragen schrijven we in overeenstemming met de investeringen in de primaire keringen in dertig jaar af. De solidariteitsheffing Hoogwaterbeschermingsprogramma schrijven we met ingang van 2014 in vijf jaar af.

Materiële vaste activa

Materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen historische kostprijs onder aftrek van cumulatieve afschrijvingen gebaseerd op de economische levensduur en rekening houdend met eventuele restwaarde. Afschrijvingen vinden lineair plaats vanaf 1 januari of 1 juli na het moment van ingebruikname. Overboeking van opgeleverde werken vanuit onderhanden werk naar investeringen vindt plaats op 1 januari of 1 juli van het jaar. Op terreinen schrijven wij niet af. De historische kostprijs is de aanschaf- of vervaardigingprijs met aftrek van ontvangen subsidies, bijdragen van derden en bijdragen uit reserves en/of voorzieningen. Bij de waardering houden we in voorkomende gevallen rekening met een bijzondere ‘vermindering’ van de waarde als deze duurzaam blijkt te zijn. In 2017 is besloten om zonnepanelen in te delen onder de overige bedrijfsmiddelen en de panelen in 20 jaar af te schrijven.

Financiële vaste activa

De financiële vaste activa waarderen we tegen de verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. Duurzame waardeverminderingen op balansdatum moeten we onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking nemen. De afboeking maken we ongedaan zodra de oorzaken van de waardevermindering niet meer bestaan. Voor bestaande risico’s van toekomstige waardeverminderingen vormt het waterschap voorzieningen. Dergelijke voorzieningen moeten we als een aftrekpost op het betreffende actief verwerken. Een individuele beoordeling van de financiële vaste activa bepaalt deze voorziening.

Vlottende activa

Voorraden

Voorraden bestaan uit grond- en hulpstoffen en zijn gewaardeerd tegen verkrijgingprijs of de lagere marktwaarde met aftrek van een voorziening wegens incourantheid. De individuele beoordeling van de voorraden per balansdatum bepaalt deze voorziening. Activering vindt plaats als er toekenning van een materiële waarde mogelijk is. Dit houdt in dat zogenaamde ‘grijpvoorraden’ niet geactiveerd worden.

Overige activa en passiva

Activa en passiva zijn, voor zover niet anders vermeld, gewaardeerd tegen nominale waarde. Op vorderingen brengen we, indien noodzakelijk, een voorziening wegens oninbaarheid in mindering. Passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde met uitzondering van voorzieningen die tegen contante waarde zijn gewaardeerd en de pensioenvoorziening die tegen actuariële waarde is gewaardeerd.

Resultaatbepaling

Baten en lasten zijn toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben. Verliezen nemen we als last zodra zij voorzienbaar zijn. Baten verantwoorden we voor zover ze zijn gerealiseerd.

Eigen vermogen

Algemene reserves en bestemmingsreserves

Het eigen vermogen is opgesplitst in algemene reserves waaronder reserves voor tariefegalisatie, en bestemmingsreserves. De algemene reserve is het deel van het vermogen dat dient als buffer om algemene risico’s op te vangen. De egalisatiereserves zijn ingesteld om fluctuaties in de tarieven te beperken. De bestemmingsreserves zijn dat deel van het eigen vermogen dat is gereserveerd voor (de dekking van) specifieke uitgaven. Het eigen vermogen vormt het saldo van bezittingen en schulden.

Voorzieningen

Voorzieningen worden gevormd door:

1. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, maar redelijkerwijs zijn in te schatten;
2. op de balansdatum bestaande risico’s voor bepaalde, te verwachten verplichtingen of verliezen, waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten;
3. kosten die we in een volgend begrotingsjaar zullen maken tenzij het maken van die kosten plaatsvindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren.

Kortlopende schulden en overlopende passiva

Hieronder vallen de verplichtingen die op balansdatum bestaan en vaststaan. Verplichtingen die uit een overeenkomst voortvloeien, nemen we pas op als de tegenprestatie is geleverd. Inkoopverplichtingen die zijn aangegaan in het boekjaar, maar waarvan de prestatie het volgende boekjaar wordt geleverd, nemen we niet onder de kortlopende schulden op. Deze zijn toegelicht als ‘niet uit de balans blijkende verplichtingen’.

Immateriële vaste activa

Bedragen x € 1.000

In overeenstemming met de notitie waarderingsgrondslagen is de bijdrage Hoogwaterbeschermings-programma met ingang van 2012 opgenomen onder de post immateriële vaste activa. De bijdrage van 2020 is opgenomen onder de post onderhanden werk immateriële vaste activa. Deze activeren we per 1 januari 2021 overeenkomstig de waarderingsgrondslagen.

Materiële vaste activa

De post materiële vaste activa bestaat uit de activa van Wetterskip Fryslân. Het verloop van de materiële vaste activa is als volgt:

Bedragen x € 1.000

Financiële vaste activa

De post financiële vaste activa is als volgt samengesteld:  

Bedragen x € 1.000

Aandelen Waterschapsbank

Wetterskip Fryslân bezit 3.409 aandelen van de Nederlandse Waterschapsbank. De aandelen zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs.

Voorraden

De voorraden zijn    stook-    en gasolie,    smeermiddelen,    elektrotechnische    materialen en hulpmaterialen.

Bedragen x € 1.000

Liquide middelen

Bedragen x € 1.000

Rapportage schatkistbankieren

In de Wet Financiering decentrale overheden is vastgelegd dat waterschappen de middelen die zij tijdelijk niet voor hun publieke taken nodig hebben in de Rijksschatkist moeten aanhouden. Het Rijk beoogt hiermee de overheidsschuld (EMU-schuld) te verlagen. Alleen overtollige middelen die een drempelbedrag te boven gaan moeten we tijdelijk overboeken naar het Rijk. Hierna verantwoorden we het gebruik van het drempelbedrag.

Bedragen x € 1.000

Het drempelbedrag voor verslagjaar 2020 is € 1.272.000. In 2020 is het vastgestelde drempelbedrag in het 4^de kwartaal kortstondig overschreden. Er zijn in 2020 geen overtollige middelen bij de Rijks schatkist aangehouden.

Kortlopende vorderingen

Met betrekking tot debiteuren maken we de volgende onderverdeling:

Bedragen x € 1.000

Hierna geven we een toelichting op de vorderingen korter dan één jaar.

Belastingdebiteuren

Bedragen x € 1.000

Van de totale post kortlopende vorderingen is de post overige vorderingen direct opeisbaar. De invordering van de belastingdebiteuren vindt voor ongeveer 60% plaats via een automatische incasso waarbij we het bedrag in 10 termijnen betalen. De aanslagen die we niet via een automatische incasso betalen, zijn drie maanden na dagtekening van de aanslag invorderbaar. Deze verhouding geldt ook voor de nog vast te stellen aanslagen. Het bedrag aan nog af te dragen ontvangsten is in de eerste week van 2021 ontvangen.

In 2020 is door het Noordelijk Belastingkantoor een andere berekeningswijze  toegepast voor het bepalen van de post voorziening dubieuze debiteuren. Op basis van historische gegevens is bepaald welk percentage van de opgelegde aanslagen uiteindelijk oninbaar wordt geleden. Over deze nieuwe berekeningswijze heeft overleg plaatsgevonden tussen het Noordelijk Belastingkantoor en  Wetterskip Fyslân. De accountants van beide organisaties hebben ingestemd met de berekeningswijze en zijn van mening dat het nu berekende bedrag een juiste afspiegeling is van het risico op oninbaarheid van de opgelegde aanslagen.

Nog vast te stellen aanslagen

De post nog vast te stellen aanslagen bestaat uit nog vast te stellen aanslagen zuiveringsheffing van € 2,25 miljoen en nog vast te stellen integrale nota belastingen van € 1,52 miljoen. Dit betreft het saldo van de nog op te leggen aanslagen aan het eind van 2020.

Nog vast te stellen aanslagen zuiveringsheffing

Op 1 januari 2018 is het Noordelijk Belastingkantoor van start gegaan met het opleggen van aanslagen. Door de ingebruikname van een nieuw belastingpakket was de balanspost nog op te leggen aanslagen in 2018 en 2019 hoger dan gebruikelijk. In 2020 is een flinke inhaalslag gepleegd en de post nog op te leggen is ten opzichte van 2019 met ruim € 1,8 miljoen gedaald . Het opleggen van de aanslagen gebeurt zo spoedig mogelijk in 2021.

Nog vast te stellen integrale nota belastingen

Door de verlate conversie en de ingebruikname van het nieuwe belastingpakket zijn ook de aanslagen voor de categorieën gebouwd en ongebouwd in de afgelopen niet allemaal in het betreffende jaar opgelegd. De balanspost nog op te leggen aanslagen is aan het eind van 2020 ten opzichte van 2019  met ruim € 1,0 miljoen gedaald.

Bedragen x € 1.000

Overlopende activa

Bedragen x € 1.000

Bedragen x € 1.000

Eigen vermogen

Bedragen x € 1.000

Toelichting:

3.1)     Algemene reserves

Algemene reserve watersysteembeheer

Bij de behandeling van het Meerjarenperspectief 2020-2023 op 10 juli 2018 heeft het algemeen bestuur besloten de minimumnorm voor de reserve van de taak watersysteembeheer vast te stellen op € 3,0 miljoen.  

Algemene reserve zuiveringsbeheer

Op 10 juli 2018 is het beleid voor algemene reserve zuiveringsbeheer aangepast. De minimale norm is vastgesteld op € 2,0 miljoen.

3.3)     Bestemmingsreserve voor tariefsegalisatie

Reserve voor tariefsegalisatie

Deze reserve is bestemd om tariefschommelingen op te kunnen vangen. Het waterschap neemt bij de vaststelling van het meerjarenperspectief, de begroting of de jaarrekening een besluit om de reserve in te zetten.  

3.4)     Bestemmingsreserves  

In paragraaf 3.3 lichten we de onttrekkingen uit de overige bestemmingsreserves toe.

Bedragen x € 1.000

Vaste schulden met een looptijd van een jaar of langer  

Netto vlottende schulden korter dan één jaar

Schulden aan kredietinstellingen

Het waterschap heeft een overeenkomst rekening-courant met de Nederlandse Waterschapsbank. Aan het begin van 2020 had deze rekening een negatief saldo van € 9,6 miljoen. Aan het eind van 2020 had de rekening courant een saldo van € 19,9 miljoen negatief. Aan het eind van 2020 liep er daarnaast nog een kasgeldlening van € 10,0 miljoen. Op grond van de voorschriften is het negatief saldo gepresenteerd onder de kortlopende schulden.  

Overlopende passiva

De overlopende passiva zijn kosten (verplichtingen) die betrekking hebben op 2020, waarvan de betaling in 2020 plaatsvindt. Ook zijn er enkele bedragen opgenomen die betrekking hebben op 2021, maar in 2020 vooruit zijn ontvangen. Hieronder is de post overlopende passiva verder uitgesplitst.

 Bedragen x € 1.000

Bedragen x € 1.000

Bedragen x € 1.000

Bedragen x € 1.000

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

(bedragen x € 1.000)

Garantstellingen

Voorzuivering Zuivelafvalwater Workum VOF

Wetterskip Fryslân staat, via Wetterskip Fryslân Deelnemingen BV, voor een periode van tien jaar garant voor een eventueel verlies van Voorzuivering Zuivelafvalwater Workum VOF tot een bedrag van maximaal € 113.445 per jaar. Deze garantstelling is ook verstrekt aan de bank waar de financiering is ondergebracht. Deze garantstelling is van toepassing tot 31 december 2022.

Unie van Waterschappen

De Unie van Waterschappen is eigenaar van het Uniekantoor in Den Haag. Voor de financiering van dit pand is in het verleden een lening met hypothecaire zekerheid afgesloten. Vanwege de lage rentestand is een duidelijk financieel voordeel te behalen. Hiertoe is de hypotheek omgezet naar een geldlening voorzien van een borgtochtverklaring van de waterschappen. De borgstelling geldt voor een bedrag van circa € 5.291.676. De totale borgstelling wordt verdeeld in de verhouding die ook geldt voor de verdeling van de Uniecontributie. Op basis van de verdeling van de Uniecontributie in 2020 bedraagt het maximale bedrag voor Wetterskip Fryslân € 259.292 (4,9%).