Wat heeft dat gekost?

Grootste afwijkingen
(N) = nadelig t.o.v. begroting; (V) is voordelig t.o.v. begroting

Minder personeelslasten (incidenteel)

Algemeen

Vanwege de toenemende besmettingen en een lockdown in het laatste kwartaal van 2020 konden veel werkzaamheden niet of slechts gedeeltelijk doorgaan.
Daarnaast heeft in het laatste kwartaal van 2020 intern de nadruk gelegen op de voorbereiding van het nieuwe bedrijfsmodel dat met ingang van 2021 van toepassing is. Daarom is een aantal vacatures aangehouden omdat eerst een aantal andere posities duidelijk moest zijn. Het gevolg is dat de netto lasten lager zijn (€ 0,6 miljoen V).

Vorming en opleidingsbudget
Als gevolg van de coronacrisis zijn veel opleidingen niet doorgegaan, zoals vakinhoudelijke professionalisering, maar ook trainingen op het gebied van teamontwikkeling. Ook is een deel van de Arbo-trainingen verschoven naar 2021. Bijvoorbeeld de gasmeetkunde en explosieveiligheid en een deel van de BHV trainingen die alleen live kunnen worden gegeven (€ 0,3 miljoen V).

Thuiswerkbudget en thuiswerkvergoeding
In 2020 hebben we op grote schaal thuiswerkfaciliteiten moeten inrichten. De werkgever heeft op grond van de cao financiële verplichtingen voor het inrichten van de thuiswerkplekken. Enkele middelen (€ 0,1 miljoen) leveren we in 2021. Ook is de inschatting dat niet alle medewerkers het volledige beschikbare budget (€ 600 per medewerker) zullen benutten (€ 0,2 miljoen V).

Medewerkers hebben recht op een thuiswerkvergoeding van € 3 netto per dag. Niet iedere medewerker heeft dit in 2020 gedeclareerd. De declaraties kunnen nog in 2021 plaatsvinden (€ 0,1 miljoen V).

Mutatie voorzieningen (incidenteel)

Persoonsgebonden basis budget (PBB)

De rechten van de medewerkers die eind 2020 vijf jaar van het PBB gebruik hebben gemaakt, zijn op dat moment komen te vervallen. In de afgelopen 5 jaar hebben deze medewerkers gemiddeld 40% van het beschikbare budget ingezet. Het uitgangspunt van de opgebouwde voorziening ging uit van een gemiddeld gebruik van 80%. De resterende voorziening en het ongebruikte PBB-budget van het lopende jaar valt daardoor vrij ten gunste van het resultaat (€ 0,9 miljoen V).
Met name als gevolg van de coronacrisis zijn veel opleidingen verschoven naar 2021. Wij stellen voor een bestemmingsreserve voor opleidingen te vormen (€ 0,2 miljoen).

Personele voorzieningen
De mutatie van personele voorzieningen heeft betrekking op een dotatie pensioen en wachtgeldvoorziening ( 0,3 miljoen N) en vertrekregelingen (€ 0,3 miljoen N).

Ondersteunende diensten (incidenteel)

Door corona zijn de uitgaven aan facilitaire en ondersteunende diensten sterk verminderd. Denk aan kosten die een relatie hebben met de bezetting op het hoofdkantoor, zoals kosten voor bureaubehoeften, portokosten, advertentiekosten, dataverbindingen, cateringkosten, vergaderkosten, promotiekosten, kosten aanbestedingsbegeleiding, druk- en bindwerk en consultancy kosten. Ook kon een geplande aanpassing van het klimaat in de werkplaats Joure vanwege de coronamaatregelen niet doorgaan. Wij stellen voor om voor deze aanpassingen een bestemmingsreserve te vormen.

Externe inhuur (incidenteel)

Voor het project realtime data is minder externe ondersteuning ingehuurd. Het is lastig om in coronatijd nieuwe inhuurkrachten met ervaring te vinden en op te leiden.

Onderhoud software (incidenteel)

Een aantal meerjarige contracten is in het jaarrapportageproces gesplitst naar het jaar waarop de factuur van toepassing is. In de prognose is hier onvoldoende rekening mee gehouden. Inmiddels is dit voor 2021 aangepast.

Taakstelling organisatie (incidenteel)

Zoals aangegeven in de tweede voortgangsrapportage is van de taakstelling van € 4,5 miljoen netto (€ 6 miljoen bruto) in 2020 al € 0,5 miljoen incidenteel ingevuld.
Directie en management hebben gestuurd op een beperkte inzet van centrale budgetten. Er zijn weinig externe adviseurs en onderzoekers ingezet nu ontwikkelvraagstukken alleen op afstand kunnen worden opgepakt.

We stellen voor om de gerealiseerde bezuiniging van 2020 totaal te bestemmen voor de doorontwikkeling van de organisatie. Voor de komende jaren moet de organisatie nog een uitdagende besparing realiseren.

Verkoop van grond (incidenteel)

Verkoop van erfpacht en opstalpercelen (Oude- en Nieuwebildtdijk e.a.) en andere overtollige gronden is in 2020 adequaat opgepakt. Er was veel belangstelling van erfpachters en opstalhouders om gronden aan te kopen.

Belastingheffing (incidenteel)

Het voorlopig exploitatieresultaat van het NBK laat een positief resultaat zien ten opzichte van de begroting. Daarnaast is een opgelegde boete ontvangen.

Bestuur (incidenteel)

De vergaderkosten, de reiskosten en de representatiekosten zijn lager omdat vaak online is vergaderd.

De kosten van verkiezingen worden geactiveerd en in 4 jaar afgeschreven. Bij het opstellen van de begroting was gerekend op een hogere afschrijving dan na activering is gebleken.

Bouwrente (incidenteel)

Ondanks corona lopen de investeringsprojecten die in uitvoering zijn voorspoedig. Daardoor zijn de projectuitgaven in 2020 hoger en is de bouwrente die daarvan het gevolg is hoger dan begroot. Omdat het hier om opbrengsten gaat, begroten we deze ook conservatief.

Creditnota Het Waterschapshuis (incidenteel)

Vanwege de verschuiving van projecten van 2020 naar 2021 is voor 2020 een creditnota aangekondigd door Het Waterschapshuis. Het gevolg hiervan is wel dat de herziene begroting voor 2021 hoger uitvalt dan de primaire begroting. Omdat hiermee in de begroting geen rekening is gehouden, stellen we voor om een bestemmingsreserve te vormen.

Omgevingswet (incidenteel)

In 2020 is gewerkt aan de nieuwe waterschapsverordening, de bijbehorende geo-informatie en de digitalisering van de waterschapsverordening. Voor de ontsluiting van de waterschapsverordening naar het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) is een nieuw regelbeheersysteem ingevoerd. Begin 2020 heeft de minister besloten om de invoeringsdatum van de Omgevingswet uit te stellen, mede omdat de basisfunctionaliteit van het DSO en bijbehorende uitwisselingsstandaarden nog niet gereed waren. Daardoor is ook de aansluiting op het DSO uitgesteld. De reeds bestaande bestemmingsreserve Omgevingswet is voldoende. Er is geen aanleiding om een aanvullende dotatie voor te stellen.

Overig